Cuijk, bakermat van de glazeniers Crabeth
In 2012-2013 was er in Museum Gouda de tentoonstelling 'Schetsen van Schoonheid', die aan de tekeningen van de beroemde Goudse glasschilders Dirck Crabeth en zijn broer Wouter was gewijd.
Het museum toonde de 16e-eeuwse ontwerptekeningen (cartons) voor de befaamde Goudse Glazen, de gebrandschilderde ramen van de Sint Janskerk. Met veel aandacht voor de artistieke kant van Dirck Crabeth, die zich met zijn meterslange cartons letterlijk en figuurlijk als een tekenaar van formaat bewees.
En nu komt het, leest u even mee? Dirck Crabeth (ca. 1505/10-1574) was lid van een familie van glasschilders. Zowel zijn vader Pieter Dircksz., zijn oudere broer Adriaan, als zijn jongere broer Wouter (ca. 1520/1530 – september 1589) waren glasschilders. Zijn vader, ook ‘Crepel Pier’ genaamd, vestigde zich omstreeks 1511 vanuit Cuijk in Gouda. Zijn verhuizing hield vermoedelijk verband met een belangrijke opdracht. Zoon Dirck groeide uit tot de belangrijkste glasschilder van de Nederlanden in de zestiende eeuw!
De 'Rembrandt der glazeniers' een zoon van Cuijk?
Over het geboortejaar van Dirck zijn nooit sporen gevonden. Maar gezien zijn werk aan de abdij in Saint Hubert (zie verder) zal dit ver voor 1511 geweest zijn. Voor de verhuizing naar Gouda dus. Dat betekent dat Dirck in Cuijk geboren is, waar ook de familienaam Crabeth vaak opduikt in archiefstukken uit die tijd.
De wieg van vader Pieter stond waarschijnlijk in huis de Zwaan, nu winkelcentrum Maasburg aan de Zwaanstraat. Opa Dirck (Derik) Crabout, wordt tussen 1485 en 1496 in archiefstukken drie maal als schepen van Cuijk genoemd en was eigenaar van huis de Zwaan. In 1496 ontving Peter Crabout te Cuijk, mogelijk gelijk te stellen aan Pieter Dircksz Crabeth, de kosterij van Hagestein en de daarmee verbonden inkomsten uit handen van Jan, de eerste graaf van Egmond in zijn hoedanigheid als stadhouder van Holland. Het is mogelijk dat hij deze vaste inkomsten gebruikt heeft als studiebeurs.
Vader Pieter Dircksz Crabeth stond als een kundig ambachtsman bekend. Na vertrek uit Cuijk ontvangt hij van Floris van Egmond, graaf van Buren, een opdracht voor acht heraldische glazen (schoen nye geschylderde glaessen) met de wapens van keizer Karel V en van het Bourgondische vorstenhuis voor de kapel op de burcht van Grave. In het contract staat hij vermeld als ‘Pieter Crabout van cuyck, glaesmaker wonende totter Goude’. Dirck Crabeth kan bij zijn vader het vak hebben geleerd.
Dirck Crabeth was een veelgevraagde glasschilder die de kerken in de steden van het graafschap Holland van kleurrijke ramen voorzag. Op grond van documenten of de stijl van de bewaarde ramen in Den Haag en Amsterdam moet hij voor de volgende kerken glazen hebben geleverd: de Catharijnekerk van de Johannieterorde in Utrecht (1540), de Grote of St.-Jacobskerk in Den Haag (1541, 1547), de parochiekerk van Boskoop (1549/50), de Oude Kerk van Amsterdam (1555), de St.- Bonifatiuskerk in Medemblik (ca. 1560), de Oude Kerk in Delft (1560-65) en een onbekende kerk in Enkhuizen. Verder ontwerpt Dirck de versieringen voor het sacramenthuis in de Sint Jan, ornamenten voor orgelpijpen, wandtapijten voor het Goudse stadhuis, plattegronden et cetera.
Dirck Crabeth, bijbelscene: Samuël, grisaille coloré - jaune d'argent
Maar de gebrandschilderde glazen in de Sint Janskerk vormen ongetwijfeld het hoogtepunt van zijn oeuvre. Ook de tekeningen die hij er zelf voor ontwerpt staan op een hoog peil (zie verdiepingsvenster). Zijn broer Wouter maakt vanaf 1559 ook glazen voor de Sint Jan, hij is tot aan zijn dood in 1589 tevens belast met het onderhoud van de glazen.
Fragment van Het Laatste Avondmaal, Sint Janskerk Gouda, 1557
Maar de familie Crabeth heeft ook in de Ardennen gewerkt. Bekend van vader Pieter is het 'Raam van Adolf von Schauenburg', gebrandschilderd glas, Saint Hubert, Sint Petrus en Sint Pauluskerk. Hij heeft hierbij zeker hulp gehad van Dirck, in de rekeningboeken van de abdij van Saint Hubert wordt melding gemaakt van betalingen aan Pieter Crabeth en zijn zoon Dirck. Verder is er een brief bekend van de abt Nicolas de Malaise van diezelfde abdij waarin hij de aandacht van Floris van Egmond vestigt op 'Wother le filz maistre Pierre le voirir de Grave'. Wother (Wouter) zou in Grave door een ongelukkige manoeuvre met zijn paard een man hebben gedood. In die brief vraagt de abt om vrijlating van Wouter, zodat die verder kon werken aan de glazen voor de abdij.
Gouda mag met recht trots zijn op haar beroemde glasschilders, maar Cuijk mag trots zijn op Pieter Crabeth en zeker ook op Dirck met zijn Cuijkse wortels. De broers Crabeth hebben intussen een standbeeld in Gouda, en die vereeuwiging hebben ze meer dan verdient.
Misschien nog aardig om te vermelden dat Dirck Crabeth de hoofdrol heeft in een historische roman: Het geheim van Erasmus, door sommige ook wel de Goudse Da Vinci Code genoemd. In dit verhaal wordt een raadsel ontrafelt waarbij Erasmus de rol van een Da Vinci krijgt: hij heeft een geheime boodschap achtergelaten die voor de kerk niet bepaald gunstig is en dus gevaarlijk.
Bronnen: Dirck Crabeth, een tekenaar van formaat (Zsuzsanna van Ruyven-Zeman), De glazeniersfamilie Crabeth en hun werkzaamheden in Saint-Hubert d’Ardenne (Wim de Groot), Duizend jaar Gouda: een stadsgeschiedenis (P. Abels)